donderdag 18 juli 2019

Hebzucht, greed, avidité!

In totaal roofden onze politici meer dan tien miljard euro uit de reserves van de Bank en dan wordt het verhaal een onwaarschijnlijk epos van hebzucht en zelfoverschatting.

Immers:
Van die tien miljard moest normaal gezien minimum twee miljard naar de privé aandeelhouders gegaan zijn.  Acht miljard voor de Staat, twee miljard voor de privé aandeelhouders die ieder 50% van de aandelen bezitten zou voor de speciale NV Nationale Bank van België in overeenstemming met de statuten geweest zijn. Tachtig procent voor de Staat, die nooit één cent in de Bank geïnvesteerd heeft, en twintig procent voor de privé aandeelhouders, die het volledige kapitaal volstort hebben, het zou normaal geweest zijn.  De stouterds, die beweren dat de privé aandeelhouders de helft van alles wilden, zijn dus altijd van kwade trouw geweest;

Toen men begon met de plundering van de reserves van de Bank noteerde het aandeel ongeveer 1.200 euro.  Had men van die tien miljard toen 600 miljoen euro gebruikt om de privé aandeelhouders uit te kopen aan 3.000 euro per aandeel dan zouden die laatsten een gat in de lucht gesprongen hebben want in die tijd had niemand in de gaten hoe de vork echt aan de steel zat.  Zelfs ik schreef destijds aan mijn klanten dat het goud van de Staat was.  Het was pas nadat men met de illegale transferts van "onbeschikbare reserves" begon dat ik ben beginnen graven in het verleden en toen was het vrij snel duidelijk dat het spel niet koosjer gespeeld werd.  Toenmalig gouverneur Verplaetse heeft me persoonlijk verteld dat hij destijds minister van Financiën Maystadt en premier Dehaene verschillende keren aangemaand heeft om die kleine aandeelhouders uit te kopen omdat daar anders vodden uit zouden voortvloeien indien men dat niet deed.

Had men zodoende van de twee miljard, waarop de privé aandeelhouders recht hadden, zeshonderd miljoen of minder dan een derde gebruikt om hen uit te kopen, was er geen vuiltje aan de lucht geweest.  Voor die zeshonderd miljoen zou men in die tijd een buit van meer dan twintig miljard euro binnengehaald hebben!  In feite zou toen zes miljard een redelijke overnameprijs geweest zijn voor de aandelen van de privé aandeelhouders maar aangezien niemand op dat moment besefte wat die aandelen waard waren zou 10% van de werkelijke waarde zonder enig probleem geaccepteerd geweest zijn.

Maar die zeshonderd miljoen euro was er teveel aan, ze moesten en zouden de volle pot binnenhalen.  Die stomme privé aandeelhouders zouden toch nooit een vuist kunnen maken en kunnen optornen tegen de oppermachtige Nationale Bank, de Belgische overheid, de bevriende Belgische rechters en de doofstomme pers.  Destijds was die strategie waterdicht doch niemand kon toen voorspellen dat een paar jaar later internet het onmogelijk zou maken om zulke corrupte spelletjes ongemerkt te blijven spelen.  De pers zwijgt als vermoord doch dankzij het internet kunnen mensen als Jaak Van Der Gucht en ikzelf de strijd toch verderzetten.  Vervolgens komt het er dan enkel op aan om vol te houden en plezier te beleven aan het feit dat je weet dat je de machtigste mensen van het land slapeloze nachten bezorgt.  En... uiteraard blijft geloven dat je op een bepaald moment voldoende brave burgers kunt overtuigen om uit hun luie zetel te komen.

Zo klaar als een klontje, het goud is van de Bank!

Vraag 1 betreffende het goud van de Nationale Bank

Algemene vergadering Nationale Bank schriftelijke vragen Erik Geenen.

Vraag 1   Betreffende het goud van de Nationale Bank:

De voorbije jaren heb ik via mijn schriftelijke vragen op de algemene vergadering duidelijk de geschiedenis van het goud van de Bank geschetst alsook de manipulatie van de gebruikte terminologie om het goud van de Bank om te toveren in het goud van de Staat.

Hierbij heb ik reeds verschillende malen duidelijk aangetoond dat tussen 1851 tot en met 1971 er geen enkele discussie bestond.  In ieder jaarverslag werd er consequent gesproken over het “Goud- en deviezenbezit van de Nationale Bank”.

In het jaarverslag over 1971 luidt het op pagina 53 na 120 jaar nog steeds:

“Goudvoorraad en netto deviezenpositie van de Nationale Bank van België”.

Nergens wordt de situatie helderder uitgelegd als in het jaarverslag over 1948.
Daar lezen we op pagina 76 het volgende:

“Beschikbare goudvoorraad fr. 27.333.965.142,07

Onbeschikbaar goudsaldo na herwaardering van de goudvoorraad (besluitwet nr 5 dd. 1 mei 1944).

Per 31 december zijn deze twee rubrieken samengebracht op een enkele rekening <<Goudvoorraad>>, tengevolge van de aanwending van de passiefrekening <<Schatkist: onbeschikbare rekening wegens herwaardering (besluitwet nr 5 van 1 mei 1944>> tot de gedeeltelijke delging van de schuld van de Staat tegenover de Bank.”


Vanaf boekjaar 1972 (pagina 62) volgt er een subtiele verandering,
het goud en deviezenbezit van de Nationale Bank verandert in:

“NATIONALE BANK VAN BELGIE: GOUD- EN DEVIEZENRESERVES”

De jongste jaren, dit jaar op pagina 84 van het jaarverslag, luidt het als volgt:

“De officiële goud- en deviezenreserves van de Belgische Staat, die in de balans zijn opgenomen, worden aangehouden en beheerd door de Bank”.

Alhoewel verschillende leden van de directie de jongste jaren toegaven dat het goud wel degelijk van de Bank is werd dit nooit schriftelijk toegegeven en werd er op een sublieme manier rond de pot gedraaid.

Vraag:
Moeten we de versie van de jongste jaren (dit jaar op pagina 84) lezen als:
Het goud en de deviezen zijn eigendom van de Bank en haar aandeelhouders;
De Belgische Staat bezit 50% van de aandelen van de NBB;
Zodoende is de Staat eigenaar van 50% van het goud en de deviezen;
De resterende 50% zijn eigendom van de privé aandeelhouders?

De illegale roof van het goud, het struikelblok!

Vraag: Waarom sleept het Nationale Bank verhaal nu al achttien jaar aan?

Antwoord: Omdat men een reeks onwaarschijnlijke blunders heeft gemaakt die een normale oplossing onmogelijk maken.

De voorbije twintig jaar heeft de Staat illegaal meer dan tien miljard euro uit de reserves van de Nationale Bank geroofd.  Illegaal omdat het hier zonder enige twijfel over een onteigening zonder compensatie gaat en dat is in tegenstrijd met de Belgische Grondwet en het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens.  Die +10 miljard euro werden onder meer misbruikt om de Belgische Staatsschuld kunstmatig te verlagen en het beruchte Zilverfonds te spijzen.

Velen lachen met de cijfers die ik in mijn realistische berichten weergeef doch de hoger vermelde tien miljard betekent meer dan 50.000 euro per aandeel waarvan de Staat zich in 1948 meester maakte!

Die goudroof werd vergoelijkt door de melodie "het goud is van de Staat" doch dat liedje blijkt helemaal niet te kloppen.  Dat goud is namelijk altijd van de Bank geweest en tot 1971 spreken de jaarverslagen van de Nationale Bank dan ook klare taal: "De goud- en deviezenreserves van de Nationale Bank van België".  Vanaf 1971 beginnen onze politici zich blijkbaar voor te bereiden om zich meester te maken van ons gele metaal want vanaf dat moment werd er niet meer vermeld van wie dat goud was.  Vanaf het midden van de jaren tachtig begon men vervolgens de propaganda te verspreiden dat het goud van de Staat was.

Een aantal jaren geleden begon men dan in het jaarverslag de misleidende omschrijving "De goud- en deviezenreserves van de Belgische Staat worden beheerd door de Nationale Bank" te gebruiken.  Het geniale zit hem in het feit dat dit klopt.  De Staat heeft 50% van de aandelen van de NBB in handen en zodoende is de helft van het goud en de deviezen inderdaad van de Staat en die activa worden uiteraard beheerd door de NBB.  Maar dit betekent uiteraard wel dat die andere helft wel degelijk eigendom is van de privé aandeelhouders van de Bank.

Het gaat hier over fenomenale bedragen die aanleiding kunnen geven tot gigantische schadeclaims en daar ligt de reden waarom gans het Belgische systeem zich weert als een duivel in een wijwatervat om die onnozele privé aandeelhouders te marginaliseren.  Ik zal zo dadelijk mijn schriftelijke vraag hieromtrent nogmaals herposten zodat het verhaal voor iedereen klaar en duidelijk wordt.  Het is daarom ook bijzonder betreurenswaardig dat de Belgische media dit bedrog blijven ondersteunen doch de volkswijsheid stelt terecht: "Al loopt de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel!".


De beurs en haar spelers.

Omwille van de tendentieuze artikels over de Nationale Bank in De Tijd van de voorbije dagen krijg ik uiteraard nogal wat reacties binnen.  Uit de meeste van die reacties blijkt dat de deelnemers aan het beursspel nog altijd meer oog hebben voor de koers van aandelen dan voor de waarde van de onderliggende bedrijven.  Ik schrijf opzettelijk "deelnemers aan het beursspel" en niet "beleggers" omdat heel weinig mensen, die op de beurs actief zijn, thuishoren onder de categorie beleggers.  Het gros van die spelers heeft geen flauw benul van waarmee ze bezig zijn en huppelt maar wat mee met de kudde.  Hetzelfde geldt trouwens voor het merendeel van de zogenaamde professionelen, beleggingsadviseurs, fondsbeheerders en financiële journalisten.  Terug naar de reacties naar aanleiding van de artikels in De Tijd. Vandaag ontving ik van een goede vriend volgende vraag: "Ken jij de grote beleggers die hun aandelen NBB dumpen?  En wat zegt jou dat?"

Mijn antwoord:
Het feit dat iemand een aandeel verkoopt tegen minder dan tien procent van de werkelijke onderliggende waarde zegt mij dat die verkopers geen flauw benul hebben van waarmee ze bezig zijn.  Of die verkopers nu grote fondsen zijn of grote namen uit de beursspelwereld toont aan dat onderstaand verhaal niet uit het oog verloren mag worden.

In 1982 brak de Dow Jones Industrials Index na vele jaren kwakkelen definitief door duizend-punten-grens en startte een nooit geziene hausse op de beurzen.  Die hausse viert dit jaar zodoende haar zevenendertigste verjaardag en dit betekent dat de meeste beursspelers niet vertrouwd zijn met een echte beren- of baissemarkt en dat is een factor die iedere keer opnieuw voor hallucinante taferelen zorgt als die ommekeer zich op een gegeven moment inzet. Ik gaf op mijn Twitter-account een tijdje geleden het voorbeeld van de Amerikaanse generaal John Bruce Medaris die in 1929 door hard werken, sparen en speculeren een fortuin van 100.000 dollar had opgebouwd.  Na de crash bleef daar nog exact 69 dollar van over.  Met zestig jaar geduld zou de generaal zijn verlies terug goedgemaakt hebben.  Als het meezit is de beurs een geliefkoosde speeltuin doch als het tij keert wordt diezelfde beurs een meedogenloze nietsontziende draak.

De langste hausseperiode op de beurs startte dus in 1982 en werd enkele keren kortstondig onderbroken door onder andere de grote crash van 1987, het uiteenspatten van de dotcombubbel en de start van de bankencrisis die ondertussen een allesomvattende monetaire crisis geworden is.  Meer dan een dozijn crisissen dienden zich aan sedert 1982 doch die werden telkens opnieuw opgelost door massale injecties van liquiditeiten in het monetaire systeem en zodoende hebben we al 37 jaar geen gezonde correctie meer gehad.

Wij leven zogezegd in een kapitalistische wereld doch aangezien onze leiders de belangrijkste pijler van dat systeem begraven hebben is dat eigenlijk niet meer waar.  De belangrijkste pijler van het kapitalistisch systeem is het faillissement.  Als bepaalde spelers overmatige risico's genomen hebben of verkeerde investeringen gedaan hebben dan moeten die rotte appels uit de mand verwijderd worden als na een periode van groei een recessie inzet.  De gezonde voorzichtige spelers, die tijdens de periode van groei zich niet lieten verleiden tot het nemen van overmatige risico's en daardoor de casinowinsten an zich voorbij zagen gaan, krijgen tijdens die recessie de kans om te profiteren van de dwaasheden van de gokkers.  Die economische wetmatigheid, die het kapitalistisch systeem gezond houdt, werd de voorbije decennia overboord gegooid.  De rotte appels werden niet uit de mand gegooid want zij waren te groot om failliet te gaan (too big to fail).  De gokkers werden gered en de voorzichtige spelers, die normaal beloond moesten worden, werden gestraft.  De failliete banken werden kunstmatig overeind gehouden terwijl de brave spaarders en hun pensioenfondsen dag na dag beroofd worden.  De architecten van de crisis, de hebzuchtige misdadigers bleven ongestraft en konden vervolgens rustig hun gang blijven gaan.  Heel wat van die criminelen werden zelfs beloond met onwaarschijnlijke topbenoemingen.  De hoofdactoren in deze competitie valsspelen leven hun eigen regels niet na en passen ze regelmatig aan om het spel aan de gang te houden.  Ofwel geloof je dat men oneindig kan blijven valsspelen en dat we zodoende nooit meer met een crisis geconfronteerd gaan worden ofwel besef je dat deze onzin niet kan blijven duren.

De problemen even op een rij zetten:
1. We zitten in een kunstmatige situatie waarbij we steeds meer kunstmatige groei nodig hebben om de oncontroleerbare schuldgroei te kunnen verantwoorden;
2. Pensioenfondsen en gewone particulieren moeten steeds grotere risico's nemen om toch maar een beetje rendement op hun vermogen te kunnen genereren;
3. Het feit dat het overgrote deel van de marktparticipanten geen flauw benul heeft van waarmee ze bezig zijn maakt gans de situatie veel labieler dan het lijkt.

Dat een aandeel als de Nationale Bank op dit moment tijdens een glorieperiode voor de beurzen  2.260 euro noteert, terwijl de onderliggende waarde meer dan 36.000 euro per aandeel bedraagt toont aan dat het hoger vermelde punt drie niet te weerleggen valt.  Iedereen is wanhopig op zoek naar een beetje rendement maar een aandeel dat vijftienmaal meer waard is dan de beurskoers en een nettorendement biedt van meer dan vier procent vindt geen kopers.  Bovendien zijn er maar 200.000 Nationale Bank aandelen in omloop zodat het verhaal nog een beetje belachelijker wordt dan het al is. Voor alle duidelijkheid nog even de belangrijkste activa van de Nationale Bank op een rij:
Vastgoed: +1.200 euro per aandeel;
Statutaire portefeuille: +15.000 euro per aandeel;
Participatie Bank voor Internationale Betalingen: +5.400 euro per aandeel;
Goud: +19.000 euro per aandeel.

Al deze activa zijn eigendom van alle aandeelhouders van de Nationale Bank en zodoende komt het totaal uit op 40.600 euro per aandeel.

Zo'n fenomenale onderwaardering, dat is toch een boeiend verhaal nietwaar?
Waarom zouden ze bij De Tijd daaraan geen aandacht willen besteden?
Antwoord: Omdat ze net als de banken niet mogen.