zondag 3 juni 2018

Waarde participatie Bank voor Internationale Betalingen!

Sedert vele jaren verkondig ik dat de participatie van de NBB in het kapitaal van de Bank voor Internationale Betalingen veel meer waard is dan de beurskoers van onze Nationale Bank.  Na jarenlang aandringen en keiharde gerichte vragen ging de directie van de Bank tijdens de algemene vergadering van 22 mei eindelijk overstag en gaf zij de huidige waarde van haar participatie in de Bank voor Internationale Betalingen (BIB) prijs.  Volgens de recentste balans- en cijfergegevens bedraagt die waarde momenteel 5.090 euro per NBB aandeel.  Dit betekent dat deze participatie op haar eentje 77% meer waard is dan de huidige beurskoers van de NBB.

In het Engels noemt de centrale bank der centrale banken The Bank for International Settlements beter bekend onder de afkorting BIS.  Het kapitaal van de BIB bestaat uit 558.125 aandelen en die zijn verdeeld over zestig centrale banken en onze Nationale Bank heeft er hiervan 50.100 of 8,97% van in portefeuille.  België was in 1930 één van de stichtende leden van de BIB en de grote participatie van de Nationale Bank in het kapitaal vindt hier haar oorsprong.  Door haar unieke positie heeft de NBB permanent twee vertegenwoordigers in de raad van bestuur van de BIB en dit verklaart het hoge aantal Belgen op topposities bij de BIB en het IMF.  Hierdoor wordt de NBB een machtsbastion dat zelfs in staat is om reuzen in de financiële media als Reuters en Bloomberg het zwijgen op te leggen hetgeen in het verleden reeds verschillende malen voorgevallen is in verband met de strijd van de privé aandeelhouders van de Bank tegen het machtsmisbruik en de willekeur die sedert de voorbije decennia schering en inslag waren.  Deze vreemde kronkel samen met het feit dat de NBB toezichthouder is voor de financiële instellingen maakt dat media, banken en beleggingsbladen het dossier Nationale Bank totaal negeren.

Soit terug naar de kern van de zaak:
Mocht het kapitaal van de BIB gelijk verdeeld zijn over alle aandeelhouders zou iedere aandeelhouder 1,66% van de aandelen controleren, dat de NBB 8,97% van die aandelen bezit is dus een uitzonderlijk fenomeen.

Aangezien de directie van de Bank nu zelf verklaard heeft dat de waarde van de BIB pariticipatie 5.090 euro per NBB aandeel bedraagt, wordt de enorme onderwaardering van het NBB nogmaals duidelijk in de verf gezet.  Gelet op de andere participaties van de NBB, het vastgoed, het goud en de andere activa mag de onderliggende waarde van het NBB aandeel voorzichtig op +35.000 euro per aandeel geschat worden.

Het NBB verhaal is er één van grote getallen:
De voorbije twintig jaar pompten de politieke marionetten, die de directiezetels bij de NBB bevolken, meer dan twaalf miljard euro in de bodemloze Belgische Schatkist en ze overtraden daarbij alle regels in verband met de winstverdeling, corporate governance en goed fatsoen.  Die twaalf miljard euro komen overeen met zestigduizend euro per aandeel in handen van de Staat.  Na deze onwaarschijnlijke plundering van de reserves bedraagt de restwaarde vandaag nog meer dan 35.000 euro per aandeel.  Gelet op de huidige koers van 2.880 euro meer dan de moeite om een graantje mee te pikken van de onvermijdelijke inhaalbeweging.

Onmogelijk?
Van 1995 tot 2016 schommelde de koers van de eveneens beursgenoteerde Zwitserse centrale bank SNB rond de duizend Zwitserse franken, twee jaar later noteren we 6.280 Zwitserse frank of 528% hoger en dan laten we de formidabele koersstijging van de Zwitserse frank nog buiten beschouwing.  En dan moet je weten dat de situatie bij onze NBB in feite stukken beter is dan bij de SNB.  In Zwitserland bestaat het dividend enkel uit 6% op het kapitaal en dat werd nooit aangepast aan de inflatie waardoor dat dividend na 111 jaar (opgericht in 1907° nog steeds 60 Zwitserse frank bedraagt op een nominaal kapitaal van duizend frank per aandeel.

In België bestaat het dividend uit twee componenten:
een eerste dividend van 6% op het kapitaal uit 1850 oftewel 60 Belgische frank;
een tweede dividend in functie van het resultaat.

En daar zit de sleutel van de schatkist!
Terwijl het loon van de gouverneur steeg van 16.500 frank PER JAAR in 1851
tot een slordige 22 miljoen frank in 2017
bleef het dividend voor de aandeelhouders ongewijzigd.

Toen de SNB, de NBB en de meeste andere centrale banken werden opgericht was inflatie taboe en was die 6% op het kapitaal een mooi dividend dat niet werd aangevreten door de inflatie.  Nadat politici na de Eerste Wereldoorlog inflatie in het leven riepen om hun financiële problemen op te lossen "vergat" men dat dividend aan te passen aan de evolutie van de koopkracht.  Waarom de directeurs van die centrale banken niet vergaten om hun weddes aan te passen blijft voorlopig een mysterie dat dient opgelost te worden.