Interessante titel op de website van De Tijd vandaag: "Goudprijs krijgt verse tik!"
Benieuwd wanneer die journalisten tot de vaststelling komen dat die tikken meestal samenvallen met de opening van Wall Street.
Zuiver toeval natuurlijk. In een wereld, die verzuipt in het papier dat gedekt is door staatsschulden die nooit terugbetaald zullen worden, is niet de prijs van dag goud belangrijk. Het enige wat echt van belang is, is het gewicht.
Ik heb op dit eigenste ogenblik meer dan tweeduizend miljard Duitse marken voor mijn neus liggen. De mensen, die een beetje kennis van de monetaire geschiedenis hebben, weten waarover ik het heb. Op 1 januari 1914 was één goudmark exact gelijk aan één papieren mark.
Op 15 november 1923 was één goudmark meer dan duizend miljard papieren mark waard.
In gewicht: één gram goud kostte op 1 januari 1914 ongeveer 3 papieren mark, op 15 november 1923 kostte diezelfde gram goud meer dan drieduizend miljard mark!!!!!
Het verschil tussen papieren beloftebonnen van politici en fysiek goud, boeiende materie!
vrijdag 31 mei 2013
dinsdag 28 mei 2013
Het mysterie van de schuld van de Staat aan de Bank
Het klopt dat het ministerie van Financiën vorig jaar aankondigde dat minister Vanackere de oorlogsschuld van de NBB ging kwijtschelden doch deze informatie was compleet verkeerd hetgeen aantoont dat zelfs de verantwoordelijke minister niet wist hoe de vork juist aan de steel zat.
De waarheid is als volgt: Na de Tweede Wereldoorlog bleek dat, na de verrekening van alle posten, de Staat nog een schuld had bij de NBB van 35 miljard frank.
Om de Staat een plezier te doen in die moeilijke tijden werd overeengekomen dat de Staat slechts 0,1% rente zou betalen op die schuld doch dat men zo snel mogelijk de schuld zou aflossen; Zoals gebruikelijk pleegde de Belgische Staat woordbreuk en werd er slechts één miljard frank terugbetaald zodat er een schuld open bleef staan van 34 miljard frank waar de Staat dus 0,1% rente op moest betalen; Het spreekt voor zich dat die 0,1% bijlange niet volstond om de gevolgen van de inflatie te compenseren zodat die 34 miljard koopkrachtsgewijs jaar na jaar in waarde verminderde waardoor de aandeelhouders van de NBB uiteraard gevoelige schade leden; Uiteindelijk zal de Belgische Staat, gedwongen door de bepalingen van het Verdrag van Maastricht, in 1991 die 34 miljard frank terugbetalen met staatsleningen en toen kwam men op het briljante idee om de privé aandeelhouders opnieuw te beroven; Vanaf 1991 betaalt de NBB ieder jaar 24,4 miljoen euro aan de Belgische Staat voor het geld dat de Staat schuldig was aan de Bank.
De redenering hierachter was de volgende: Tot de nieuwe onteigening van april 2009 was de beruchte 3% regel van toepassing. Die 3% regel stelde dat de Bank alle inkomsten op de rentedragende activa die boven de 3% lagen, moest afdragen aan de Staat; stel dat die 34 miljard aan staatsleningen, die de Staat in 1991 aan de Bank gaf ter aanzuivering van die schuld, een rente van 7% opleverden dan ging er van die 7% automatisch 4% naar de Staat (7%-3% = 4%); Aangezien de Staat voorheen slechts 0,1% betaalde op die schuld, die reeds in de jaren vijftig had moeten aangezuiverd zijn, kwamen de onafhankelijke directeurs van de Bank met de minister van Financiën overeen dat de Bank jaarlijks het verschil tussen de resterende 3%, die voor de Bank waren, en de 0,1% rente die de Staat vroeger op die schuld betaalde aan de Staat verschuldigd was; Sedert 1991 betaalde de NBB aldus 2,9% op die 34 miljard, zijnde 986 miljoen frank per jaar aan de Staat; Na de invoering van de euro werd die 986 miljoen frank dus 24,4 miljoen euro.
Toen men bij de onteigening in 2009 die 3% regel afschafte, was de Bank uiteraard die 24,4 miljoen euro niet meer verschuldigd aan de Staat doch aangezien men waarschijnlijk dacht dat tussen al die miljarden niemand oog zou hebben voor dat relatief kleine bedrag bleef men jaarlijks die 24,4 miljoen euro doorstorten aan de Schatkist.
Eerst de aandeelhouders beroven door die 34 miljard frank te laten wegrotten door de inflatie; Vervolgens diezelfde aandeelhouders laten betalen voor het onrecht dat hen aangedaan werd.
De NBB story, een hallucinant verhaal van een oneindige reeks van onteigeningen zonder compensatie.
De waarheid is als volgt: Na de Tweede Wereldoorlog bleek dat, na de verrekening van alle posten, de Staat nog een schuld had bij de NBB van 35 miljard frank.
Om de Staat een plezier te doen in die moeilijke tijden werd overeengekomen dat de Staat slechts 0,1% rente zou betalen op die schuld doch dat men zo snel mogelijk de schuld zou aflossen; Zoals gebruikelijk pleegde de Belgische Staat woordbreuk en werd er slechts één miljard frank terugbetaald zodat er een schuld open bleef staan van 34 miljard frank waar de Staat dus 0,1% rente op moest betalen; Het spreekt voor zich dat die 0,1% bijlange niet volstond om de gevolgen van de inflatie te compenseren zodat die 34 miljard koopkrachtsgewijs jaar na jaar in waarde verminderde waardoor de aandeelhouders van de NBB uiteraard gevoelige schade leden; Uiteindelijk zal de Belgische Staat, gedwongen door de bepalingen van het Verdrag van Maastricht, in 1991 die 34 miljard frank terugbetalen met staatsleningen en toen kwam men op het briljante idee om de privé aandeelhouders opnieuw te beroven; Vanaf 1991 betaalt de NBB ieder jaar 24,4 miljoen euro aan de Belgische Staat voor het geld dat de Staat schuldig was aan de Bank.
De redenering hierachter was de volgende: Tot de nieuwe onteigening van april 2009 was de beruchte 3% regel van toepassing. Die 3% regel stelde dat de Bank alle inkomsten op de rentedragende activa die boven de 3% lagen, moest afdragen aan de Staat; stel dat die 34 miljard aan staatsleningen, die de Staat in 1991 aan de Bank gaf ter aanzuivering van die schuld, een rente van 7% opleverden dan ging er van die 7% automatisch 4% naar de Staat (7%-3% = 4%); Aangezien de Staat voorheen slechts 0,1% betaalde op die schuld, die reeds in de jaren vijftig had moeten aangezuiverd zijn, kwamen de onafhankelijke directeurs van de Bank met de minister van Financiën overeen dat de Bank jaarlijks het verschil tussen de resterende 3%, die voor de Bank waren, en de 0,1% rente die de Staat vroeger op die schuld betaalde aan de Staat verschuldigd was; Sedert 1991 betaalde de NBB aldus 2,9% op die 34 miljard, zijnde 986 miljoen frank per jaar aan de Staat; Na de invoering van de euro werd die 986 miljoen frank dus 24,4 miljoen euro.
Toen men bij de onteigening in 2009 die 3% regel afschafte, was de Bank uiteraard die 24,4 miljoen euro niet meer verschuldigd aan de Staat doch aangezien men waarschijnlijk dacht dat tussen al die miljarden niemand oog zou hebben voor dat relatief kleine bedrag bleef men jaarlijks die 24,4 miljoen euro doorstorten aan de Schatkist.
Eerst de aandeelhouders beroven door die 34 miljard frank te laten wegrotten door de inflatie; Vervolgens diezelfde aandeelhouders laten betalen voor het onrecht dat hen aangedaan werd.
De NBB story, een hallucinant verhaal van een oneindige reeks van onteigeningen zonder compensatie.
dinsdag 30 april 2013
Eigendomsrecht zegt U?
Mensen die akkoord gaan, met hetgeen in mijn vorige post werd beschreven, zullen dus ook geen bezwaar hebben als het parlement morgen een wet stemt dat beslag legt op de meerwaarde op gronden.
Stel: je hebt in 1970 een mooie villagrond gekocht voor 9.000 euro (360.000 frank); je verkoopt die grond vandaag voor 289.000 euro; jij krijgt je 9.000 euro terug; de Staat krijgt de resterende 280.000 euro. Dit is hetgeen er gebeurd is met het goud van de NBB.
In feite is die redenering voor de "fictieve meerwaarde" op die grond nog redelijker dan die over dat goud. Dat goud is immers eigendom van de NBB, een speciale doch beursgenoteerde NV.
Die grond ligt op Belgisch grondgebied zodat het niet meer dan normaal is dat de meerwaarde die daarop geboekt wordt, toekomt aan de Belgen.
Of zie ik iets over het hoofd? Eigendomsrecht? Daar passen de Belgische politici wel een mouw aan, dat hebben ze bij de NBB ook gedaan.
Weet je waar het verschil zit? Er zijn slechts een paar duizend kleine privé aandeelhouders van de NBB; er zijn echter heel veel eigenaars van onroerend goed in Belgenland.
De ene kan dus al wat makkelijker beroofd worden dan de andere.
Stel: je hebt in 1970 een mooie villagrond gekocht voor 9.000 euro (360.000 frank); je verkoopt die grond vandaag voor 289.000 euro; jij krijgt je 9.000 euro terug; de Staat krijgt de resterende 280.000 euro. Dit is hetgeen er gebeurd is met het goud van de NBB.
In feite is die redenering voor de "fictieve meerwaarde" op die grond nog redelijker dan die over dat goud. Dat goud is immers eigendom van de NBB, een speciale doch beursgenoteerde NV.
Die grond ligt op Belgisch grondgebied zodat het niet meer dan normaal is dat de meerwaarde die daarop geboekt wordt, toekomt aan de Belgen.
Of zie ik iets over het hoofd? Eigendomsrecht? Daar passen de Belgische politici wel een mouw aan, dat hebben ze bij de NBB ook gedaan.
Weet je waar het verschil zit? Er zijn slechts een paar duizend kleine privé aandeelhouders van de NBB; er zijn echter heel veel eigenaars van onroerend goed in Belgenland.
De ene kan dus al wat makkelijker beroofd worden dan de andere.
Het goud van de NBB!
Het gaat hem dus helemaal niet over het goud want dat goud is van de NBB, daar bestaat zelfs geen discussie over.
Het gaat hem over de "fictieve meerwaarde" op dat goud die de Staat zich toegeëigend heeft.
Die fictieve meerwaarde is er enkel gekomen door het financiële en monetaire wanbeleid van de Belgische politici en centrale bankiers sedert de Eerste Wereldoorlog.
Die fictieve meerwaarde compenseert bijlange het verlies aan waarde niet!
Dat verlies aan koopkracht van het goud is te wijten aan hoger vermeld wanbeleid en dan kom je tot volgende absurde situatie: er ontstaat een fictieve meerwaarde op het goud omdat het papiergeld sedert de Eerste Wereldoorlog meer dan 99% van zijn waarde verloren heeft en vervolgens leggen de politici beslag op een onbestaande meerwaarde die het gevolg is van de muntontwaarding waarvoor ze zelf gezorgd hebben.
Het gaat hem over de "fictieve meerwaarde" op dat goud die de Staat zich toegeëigend heeft.
Die fictieve meerwaarde is er enkel gekomen door het financiële en monetaire wanbeleid van de Belgische politici en centrale bankiers sedert de Eerste Wereldoorlog.
Die fictieve meerwaarde compenseert bijlange het verlies aan waarde niet!
Dat verlies aan koopkracht van het goud is te wijten aan hoger vermeld wanbeleid en dan kom je tot volgende absurde situatie: er ontstaat een fictieve meerwaarde op het goud omdat het papiergeld sedert de Eerste Wereldoorlog meer dan 99% van zijn waarde verloren heeft en vervolgens leggen de politici beslag op een onbestaande meerwaarde die het gevolg is van de muntontwaarding waarvoor ze zelf gezorgd hebben.
Het goud van de NBB!
Herhalen blijft een absolute must: het goud is van de NBB, dat is altijd zo geweest en dat zal altijd zo blijven.
De discussie gaat zelfs niet over het goud want bij de verkoop wordt de boekwaarde op de rekening van de NBB gestort.
Als dat goud van de Staat was, zou ook de boekwaarde toekomen aan de Staat en was de zaak duidelijk.
Nu heeft men via talloze vuile streken de aandeelhouders van de NBB onteigent zonder enige compensatie; om dit te bewerkstelligen heeft men voor alle gemak eerst bij wet alle fundamentele rechten van de privé aandeelhouders geschrapt waardoor zij totaal weerloos stonden tegenover de willekeur van de geldhonger van de Belgische politici en hun politiek benoemende handlangers bij de NBB.
Enkel de grootste dwazen gaan met dergelijke idiote streken akkoord; dergelijke onrechtvaardigheden kunnen gedurende lange tijd overeind blijven doch nooit voor eeuwig.
De discussie gaat zelfs niet over het goud want bij de verkoop wordt de boekwaarde op de rekening van de NBB gestort.
Als dat goud van de Staat was, zou ook de boekwaarde toekomen aan de Staat en was de zaak duidelijk.
Nu heeft men via talloze vuile streken de aandeelhouders van de NBB onteigent zonder enige compensatie; om dit te bewerkstelligen heeft men voor alle gemak eerst bij wet alle fundamentele rechten van de privé aandeelhouders geschrapt waardoor zij totaal weerloos stonden tegenover de willekeur van de geldhonger van de Belgische politici en hun politiek benoemende handlangers bij de NBB.
Enkel de grootste dwazen gaan met dergelijke idiote streken akkoord; dergelijke onrechtvaardigheden kunnen gedurende lange tijd overeind blijven doch nooit voor eeuwig.
Abonneren op:
Posts (Atom)