Mocht men het eerste dividend aanpassen aan de evolutie van de wedde van de gouverneur zou het dit jaar ongeveer 817 euro per aandeel moeten bedragen.
In deze berekening werd rekening gehouden met de splitsing van het aandeel in drie in 1927.
Mijn eis, om het eerste dividend op te trekken tot minimaal 600 euro per aandeel is dan ook zeker gerechtvaardigd. Het feit dat dit dividend echter geen 817 of 600 euro per aandeel bedraagt doch nog steeds op hetzelfde niveau van 1850 zit (1,5 euro per aandeel), toont aan dat de onafhankelijke directeurs zichzelf een beetje beter behandelen dan hun aandeelhouders.
Dat dit dividend nog steeds 1,5 euro per aandeel bedraagt, kan historisch verklaard worden.
Op het moment dat de Nationale Bank in 1850 opgericht werd, was inflatie pure monetaire ketterij.
Voor de NBB waren de regels van het spel duidelijk: de waarde van de frank moest verzekerd worden, inflatie was totaal uit den boze en dit zou zo blijven tot de het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog.
Toen werden de regels van het spel veranderd door onze politici doch waar alles, maar dan ook alles, zou aangepast worden aan de nieuwe spelregels bleef het oude regime van kracht voor het eerste dividend van de NBB.
Hoog tijd dat daar iets aan gedaan wordt!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten