In mei 2013 kondigde bpost aan dat de raad van bestuur en het remuneratiecomité van bpost unaniem verder wilden met Johnny Thijs als CEO. Dit werd later verschillende keren bevestigd. In november kwamen er vervolgens verwarrende berichten over het al dan niet verlengen van het mandaat en de verloning van de heer Thijs. Uiteindelijk hield een moegetergde CEO de eer aan zichzelf omdat hij niet langer wilde figureren in een politiek poppenspel. Johnny Thijs bleef een loyale soldaat tot minister van overheidsbedrijven een bepaalde grens van goed fatsoen overschreed door publiekelijk flagrante leugens rond het vertrek van CEO Thijs te verspreiden. Ik citeer uit een artikel dat verscheen in De Tijd van dinsdag 11 maart 2014: “Ik had garanties van minister van overheidsbedrijven Jean-Pascal Labille dat ik mijn salaris kon behouden. Als hij nu beweert dat hij nooit iets heeft beloofd, dan is dat een flagrante leugen”. Thijs, die bpost tien jaar heeft geleid, kreeg die garanties naar eigen zeggen eind oktober op het kabinet van PS-minister Labille. Daar werd bij een glas champagne gesproken over de verlenging van zijn contract en zijn salarisvoorwaarden. “Het enige wat Labille vroeg, was of ik tot na de verkiezingen wilde voortdoen zonder contract omdat mijn loon gevoelig lag bij zijn achterban. Voor mij was dat geen probleem.”” Einde citaat.
Dat zijn zware beschuldigingen aan het adres van een bevoegd minister die blijkbaar om electorale redenen flagrant woordbreuk pleegde. Daarom volgende vragen hieromtrent:
a. Kan de raad van bestuur van bpost een juist verloop van de gebeurtenissen schetsen?
b. Indien minister Labille inderdaad woordbreuk pleegde: Hoe ging de raad van bestuur van bpost hiermee om?
c. Werd over de woordbreuk van Labille beraadslaagd tijdens bepaalde raden van bestuur?
d. Waarom heeft de raad van bestuur geen afstand genomen van het politiek gekonkel van minister Labille?
e. Ging de voltallige raad van bestuur akkoord met deze gang van zaken?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten